Ontwikkelingsfases

Binnen de school werken we met ontwikkelingsfases. In elke fase staan een aantal competenties centraal. Een competentie is meer dan alleen kennis en vaardigheden. Het gaat er vooral om wat de leerling met die kennis en vaardigheden doet. De juiste werkhouding speelt hierbij ook een belangrijke rol. Het gaat dus om weten, kunnen, willen en doen. Als de leerling zijn kennis (weten) en vaardigheden (kunnen) met de juiste werkhouding (willen) op het juiste moment toepast (doen), spreken wij over een competentie. Daarbij richten we ons op het gebied van gedrag, sociale en praktische vaardigheden. Bij voldoende ontwikkeling en beheersing hiervan, stroomt hij/zij door naar de volgende fase.

Wij doen op deze manier meer recht aan de specifieke ontwikkelingsfase van de leerlingen, maar ook aan de tempoverschillen tussen leerlingen.

Hoe zien de fases er uit?

  • Basisfase
    Deze fase staat in het teken van het aanleren van algemene basisvaardigheden en zelfredzaamheid.
  • Voorbereidende fase naar stage
    In deze fase komen het aanleren van competenties en werknemersvaardigheden aan bod. Deze zijn nodig om succesvol op stage te kunnen gaan. In deze fase krijgen de leerlingen arbeidstraining en gaan ze op werkweek.
  • Stagefase
    In deze fase loopt de leerling 2 tot 3 dagen stage in een bedrijf of instelling. De andere dagen gaat de leerling naar school.
  • Uitstroomfase
    In deze fase werkt de leerling toe naar werk en/of verder leren op het Middelbaar Beroeps Onderwijs. De leerling loopt 3 dagen stage en gaat 2 dagen naar school.